Je weet hoe fortuinlijk je in het leven bent. Je bent bovenmatig rijk. Iedere dag wordt er bij jou een boeket bloemen of een enorme fruitmand afgeleverd, lineaire woorden die lineair te boven gaan. Je bent inderdaad de rijkste onder de rijken.

Het is niet aan jou jezelf met anderen te vergelijken, maar je weet ook, met het oog op deze woorden die je leest, hoe goed af je bent. Je bent degene die geluk heeft. Je bent de gelukkige onder de gelukkigen. Jouw naam is Fortuin.

En degenen die door de wereld als onfortuinlijk beschouwd mogen worden, ook zij zijn fortuinlijk. Jouw leven heeft ornamenten. Dat van hen heeft er misschien geen. Jij hebt voorspoed. Zij overleven. Hun leven is broodmager en daarin ligt de schoonheid van hun leven. Terwijl jouw vragen onbeperkt zijn, zijn hun vragen klein in aantal. Hun focus is duidelijk, terwijl die van jou dat misschien niet is. Er is geluk in alles te vinden. Zelfs in dat wat ongeluk genoemd wordt, kan geluk ontdekt worden. Jij bent een ontdekker van geluk. Geluk is al het jouwe. Je hebt gevraagd, je hebt gezocht, en nu vind je. Jouw koop in het leven is geluk.

Herinner jezelf eraan hoe fortuinlijk je bent. Wat jouw geluk ook is, het is van jou. Jij hebt het. Kapitaliseer erop. Kapitaliseer erop in de zin dat jij je ervan bewust bent. Weet dat geluk het jouwe is. Het is jouw geluk vanmorgen wakker te worden. Het is jouw geluk dat je schoenen hebt om aan te doen. Het is jouw geluk dat je een plek hebt om naar toe te gaan, zelfs als je daar niet graag heen gaat.

Fortuinlijk ben je dat je iemand hebt die jou gedag zegt. Fortuinlijk ben je dat je transport hebt. Fortuinlijk ben je dat je benen hebt die jou voortbewegen. Je bent vooruitbewegend en dat is ook jouw geluk.

Weet hoe fortuinlijk je bent, zodat je gaandeweg meer geluk kunt opmerken. Je kunt vanmorgen misschien een gouden munt voor je voeten zien. Als geluk het jouwe is, is de gelegenheid de jouwe. Kiezelstenen van geluk zijn er voor jou achtergelaten. Herken ze. Kijk ook op naar de hemel. Waar je ook kijkt, blijf omhoog kijken. Glimlach naar Mij en voel dat Ik naar jou glimlach. Wie glimlachte het eerst? Misschien waren Onze glimlachen gelijktijdig. Misschien is er geen een zonder de ander. Of misschien is jouw glimlach altijd gewoon een weerspiegeling van de Mijne.

Haast je naar Mij toe, terwijl je tegelijk geen haast maakt. Er is geen tijd te verspillen, en toch is er geen haasten. Wees van al jouw geluk verzekerd en dat omvat weten hoe hecht Wij zijn en hoe gauw je bewust Onze Eenheid zult vastgrijpen en haar voor alle Eeuwigheid in je hand houden. De tijd snelt naar jou toe waar je onherroepelijk besef van Onze Eenheid zult hebben. Je zult weten dat Ik jou in Mijn hand hou en dat jij nooit ergens anders geweest bent dan waar je wilde zijn. Je bent altijd in de Hemel geweest. Hemel zij uw naam. Hemel zij jouw hart. Hemel zij jouw liefde.

Mijn liefde is jouw liefde. De ontvanger van Mijn liefde is ook de gever van Mijn liefde. Liefde die altijd bewegend, ook altijd stil is. Zo gevuld is het Universum met Eeuwige Liefde, dat er werkelijk geen plaats voor liefde is om naar toe te bewegen en toch beweegt liefde, altijd voorwaarts, altijd zichzelf in stilte toejuichend als ze haar reis naar en van maakt, naar en van jouw hart, want jouw hart is het Harten der Harten. Dit is geluk. Jouw hart in het Mijne, het Mijne in het jouwe.