Beminnelijk ben je voor Mij. Zul je beginnen jezelf meer te mogen dan je op het ogenblik doet? Waarom naar de donkere kant van jou kijken? Waarom zoeken naar speldengaatjes in de stof van jouw Wezen? Waarom weggeven wat van jou is? Waarom proberen verbetering bij jezelf aan te brengen? Waarvoor, Mijn lieverds? Omdat je mens bent? Omdat je een lichaam hebt? Omdat je geen perfectie hebt wat de wereld betreft?

Wat heb je echt nodig behalve de liefde en achting die Ik voor jou heb? Ik houd van Mijn kinderen, geest van Mijn geest. Wat valt er niet lief te hebben? Je bent niet de fouten die je maakt. En fouten zijn niet altijd zoals je ze op het ogenblik ziet. Vergeef fouten hun vroegere bestaan. Vergeef wat je ziet als fouten omdat ze waren zoals jij ze zag.

Hoeveel keer moet Ik het zeggen? Je bent A-Oké. Het is aan jou het verleden los te laten, zelfs als het verleden twee minuten geleden was. Fouten zijn niet jouw bezittingen. En je weet al dat fouten niet zijn zoals ze worden voorgesteld.

Wat bij jou hoort is Zelf-Verwerkelijking. Verwerkelijk de schoonheid van jezelf. Heb respect voor jouw kampioenschap in het leven. Het moet wel zo zijn dat je een kampioen bent, want er is geen verlies.

Zeker, sommige van Mijn kinderen schrijven gemakkelijker verhalen dan andere. Je hoeft geen shirt met lange mouwen te dragen met daarop Superman of Supervrouw. Het is voldoende dat je je in de wereld beweegt. Elke dag ben je een kampioen. Als je enkel maar het licht zou zien dat Ik zie als Ik jou zie.

Jij verlicht Mijn hart. Denk daaraan in plaats van alle andere eigenzinnige dingen waaraan je denkt. Word nu ‘s morgens wakker en zeg tegen jezelf:

“God houdt van mij. Ik verlicht Gods hart. Is dat niet genoeg voor mij? Wat moet ik nog meer hebben? GOD HOUDT VAN MIJ. GOD HOUDT VAN MIJ. GOD HOUDT VAN MIJ. Wie ben ik om niet te houden van dat waar God van houdt? Hij weet dingen die ik niet weet. God is niet zo kieskeurig als ik. God is veel terughoudender dan ik. Hij zorgt net zo gemakkelijk voor zoveel mensen als ik kan zeggen: “Simpele Simon kwam de taartenman tegen”.

“Niet langer zal ik over mijzelf denken als onwaardig. Niet langer zal ik mezelf opgeven. Wie ben ik om een kind van God af te schrijven? Vooral omdat God mij hier op Aarde bracht en zo weinig van me vroeg? Hij wil dat ik van de wereld geniet en hoger reik? God vleit niet. Hij houdt echt van me zoals Hij allen liefheeft. Wat dacht ik door mezelf uit Gods entourage weg te sturen? Ik ben net zo goed Gods kind als iemand anders. Moge ik mijn eigen held zijn en mijn leven verhelderen op de manier waarop God zegt dat Ik Mijn licht op Hem schijn.

Als ik goed denk over God Die mij maakte, wat zou mij dan mijzelf doen afschrijven en mijzelf niet onbemind en onaantrekkelijk noemen? Denk ik goed over God of niet? Als het echt waar is dat ieder van ons op Aarde Gods kind is, waar kan er dan een probleem zijn?

Alles wat ik moet onthouden is dat God van mij houdt, MIJ bemint. Hij houdt van mij of ik groot ben of klein. Hij houdt van mij als mijn huid jeugdig is en als hij is gerimpeld. GOD HOUDT VAN MIJ. Als ik een schat voor God wil zijn, hoe kan ik dan niet ook van mijzelf houden?

“Als Gods Geest inderdaad in mij huist, waarom zou ik dan mezelf vernederen zoals ik doe, mezelf omlaag halen, mezelf als onbelangrijk beschouwen op Aarde?

“God is niet gek. Wat maakt dat ik denk dat ik zo dwaas kan zijn?

“Moge ik Gods dienaar zijn en trouw zijn Wil uitvoeren, beginnende met mijzelf te respecteren ongeacht het verleden en vroegere daden.

“God zegt dat elke dag een nieuw begin is. Dus vandaag, op deze dag, begin ik mijzelf te waarden. Vanaf deze dag, zie ik mijzelf zoals God mij ziet en ik waardeer mezelf zoals God mij waardeert, simpel en van ganser harte, en ik heb dezelfde waardering voor elk van Gods kinderen.

“Dank U, God, mijn Vader in de Hemel, dat U mij zegent.”