Please read the Guidelines that have been chosen to keep this forum soaring high!

Heavenletter #5530 Om In De Tuin Van God Te Leven

God zei:

Om gecreëerd te zijn door God, om geliefd te zijn door God, om in de Tuin van God te leven en een reis te maken op Aarde en terug te keren naar de Hemel – dit is voor jou een gouden kans, een één-keer-in-je-leven-kans om geluk in beweging te brengen op Aarde. Het zou geluk kunnen zijn, als Mijn kinderen maar zouden genieten van deze gelegenheid. In plaats daarvan kan deze kans angst uitbroeden. Je kunt de kans zelfs betreuren, alsof de kans een heet hangijzer zou zijn dat angst en beven veroorzaakt of je verdooft of je in slaap brengt.

Je hebt meer onrust dan vreugde. Hoe veranderen We dat? Waar ben je geweest?

De jonge kinderen in de wereld weten hoe ze plezier moeten hebben. Ze blinken er in uit.

Hoe komt het dat stress en spanning in de levens van Mijn geliefden binnenkomen? Komt het binnen zonder dat je het in de gaten hebt? Word je gegijzeld door het leven? Waar komt al deze angst vandaan?

Hoe kan het zijn dat je weg zou willen rennen voor het leven? Je zou graag een tussenstation willen, je een poosje willen afzonderen van de wereld, een pauze om aan te sterken en op verhaal te komen, en dan teruggaan naar de strijd. Is dit hoe jij het leven soms ziet?

Waar strijd je tegen? Het creëren van je dromen? Het risico daarvan? Ik moet je vragen: Wat is het risico van je dromen in je dagelijks leven? Is het het dagelijks leven dat je teveel wordt?

Jouw vorstelijke en loyale hart werkt dag en nacht voor jou. Je kunt de hartslagen niet tellen. Je kunt tafelzilver tellen en een dollar wisselen voor kleingeld, en toch bied je weerstand tegen het tellen van alle blije en fijne dingen die jou omringen en van jou zijn. Op sommige dagen ben je bezig met iets vervelends wat in het verleden gebeurd is, en je wilt niet kijken omdat het leven waarvan je verlangt dat het verandert, buiten jouw wil om is veranderd, en je bent bang voor verlies en wat er dan achter blijft en een terugval. De mythe van tijd lijkt beslag op jou te leggen. Je kunt het tikken van de klok vaker horen dan het kloppen van jouw hart.

Als je een jong kind bent kun je niet wachten op om te groeien, en als je dan opgroeit kun je je somber voelen. Of de dagen nu lang of kort zijn, koud of warm, veelbewogen of rustig, je hart kan achterblijven.

Het kan niet zo zijn dat je verveling wilt, toch kun je vooruitgang ook vertragen. Je kunt niet weten welke kant voor is en welke kant achter. Misschien zit je in een trein en je zit in de tegenovergestelde richting van waar de trein naartoe gaat.

Als je voor vreugde kiest, zou je het niet hebben? Kies voor vreugde, of kies voor vermoeidheid. Kies. Kies om jezelf weer te doen opleven. Maak een goede vangst vandaag. Geniet zelfs van de tijd die voorbij gaat. Kijk op een andere manier naar het leven.

Ga verder in het leven met enthousiasme. Sta op. Open je hart. Verwelkom jezelf. Zing een ander lied.

Je bent afgedwaald geweest. Jij, Mijn prachtige kind, kunt je hebben neergelegd bij de taak van het leven, misschien heb je het leven afgeschrikt, tot je jezelf op een dag afvraagt:

“Wat ben ik aan het doen geweest? Ben ik maar een beetje aan het luieren geweest met mijn leven? Heb ik het uitgezet? Wat heb ik gedaan? Ik dacht dat ik alle tijd van de wereld had. Ben ik een achterblijver geweest in plaats van een reiziger? Wat is er gebeurd met mijn verlangens? Waar zijn ze nu? Ik ben moeilijk tevreden te stellen.”

“Het is alsof ik mezelf ergens heb laten vallen. Ik was verstrooid. Ik was de zachte, rozige dageraad vergeten en de sterren en middernacht en het luiden van de klokken. Ik ben het vergeten en ik lijk niet helemaal in staat om het te herinneren. Ik ben in een diepe slaap gevallen. Ben ik al wakker? Wanneer zal ik de dekens van mij afgooien en opspringen uit bed, gewoon omdat het zo plezierig is?”

“Wanneer heb ik mijn zintuigen afgestompt, in plaats van ze scherper te maken? Heb ik mezelf buiten spel gezet omdat ik mezelf niet meer nuttig vond? Wanneer ben ik begonnen met te doen alsof ik leef en in plaats daarvan gaan slapen? Kan ik nu opstaan? Kan ik mijn hoofd omhoog doen en mijn ogen openen? Aan wie moet ik toestemming vragen om weer te zingen en plezier te maken? Aan niemand anders dan mezelf. “

Vertaald door: Petra