Please read the Guidelines that have been chosen to keep this forum soaring high!

Heavenletter #4992 Van Koninklijke Huize in een Koninklijk Land

God zei:

Als jij het licht dat je ziel uitstraalt zou kunnen zien, zou je naar adem snakken in verbazing. Te denken dat, elke dag, jij en de wereld zouden kunnen denken dat je niet bijzonder bent, jij bent eigenlijk een heldere wervelende Gouden Zon die op de wereld schijnt. Jij kunt met Mij in discussie gaan hierover, als je wilt, maar de Waarheid heerst. Ik ben er Mij van bewust dat dit niet het beeld is dat jij ziet.

Jij ziet angst, en jij ziet niet de monumentale jij die de wereld oplicht. Je sleept met je voeten en houdt je hoofd naar beneden, in de overtuiging dat dit een veilige gok is. Vast gekleefd in jouw cocon, is jouw licht verborgen voor jouw blik en ook uit het zicht van anderen, vele anderen, maar niettemin schijnt je licht helder. Geliefden, hoe zou het mogelijk kunnen zijn dat jullie duisternis zijn als jullie een weerspiegeling van Mij zijn? Het beeld dat je vast moet houden is een beeld van opvlammend licht.

Je maakt jezelf minder belangrijk dan je bent. Je zet je arm voor je ogen om de zon te blokkeren, maar jij kunt het zonlicht niet voorgoed blokkeren. Jij bent je eigen zonlicht. Het licht is binnenin jou en al snel zal het zonlicht van jezelf gaan dagen bij jezelf. Ongeacht jouw houding in de wereld, jij bent verlicht. Sommige dagen heb jij misschien hoop, maar jij staat jezelf slechts een beetje ervan toe. Voor het grootste deel ben jij onverschillig aangaande jouw licht en de kwaliteiten die jij te bieden hebt die, op dit moment, moeilijk voor jou zijn om te accepteren, zelfs onmogelijk voor jou om te accepteren, en, dus, vermijd jij dit probleem dat je kunt niet accepteren.

Wanneer jij de Schoonheid van het Licht dat jij bent accepteert, zouden jij en de wereld in een oogwenk kunnen draaien. Jij, een draaier van licht, zou ronddraaien, en je zou niet duizelig worden. Je zou zicht krijgen op jouw uitstraling, en misschien verzuchten:

"O, ik ben licht. Ik verlicht van binnenuit. Licht is wat ik ben. Onmogelijk, maar waar. Ik steel geen licht. IK BEN het licht. Ik verwijder de lijkwade van duisternis die mijn ogen bedekte, en ik schrijd in de wereld binnen als de Bedienende van Licht. Immers, het lijkt erop dat Ik een Wezen van Licht ben. Mijn licht schijnt en onthult Eenheid. De wereld is verlicht en het hart van de Aarde wordt verlicht. De wereld begint haar schouders op te tillen en rechtop te staan en goed te denken over haarzelf. Ik moet gedacht hebben dat de wereld minder was, eigenlijk sjofel, tweede klas, en nu ik opgehemeld ben in het licht, zie ik de wereld verlicht en hoe mooi en heerlijk zij is. De wereld is een zege. Het verhaal van de wereld is geplaatst in het verkeerde genre. Ik heb me in de wereld vergist. Op de een of andere manier vond ik het een mindere plaats en ik was een beetje beschaamd om hier in het donker te zijn. Nu zie ik met het licht om te zien dat de wereld een Stralende Plek is. Het is geschikt voor een koning, en ieder van ons is van Koninklijke Huize in een Koninklijke Land. Ik had me in veel vergist, en nu kan ik door de glans van mijn eigen licht heen kijken, waarvan ik nu weet dat het van God is.

"Wat een openbaring is dit voor mij. Ik ben geopenbaard en de wereld is geopenbaard. Hoe helder is mijn licht en hoe helder is het licht van de wereld. Licht op licht, glanzend licht, de wereld en ik zijn als twee hartslagen die hetzelfde pulseren. Licht is mijn naam, en Licht is ook de naam van de wereld. God schiep het licht, niets dan licht, want alles is licht, en ik ben het Alles, en er is geen ander. Ik ben zelfs meer dan een weerspiegeling van Gods Licht. Ik ben Gods Licht. Hij heeft mij Zijn Licht nagelaten. Hij heeft het nagelaten vanuit de Goedheid van Zijn Hart. Hij maakte mij tot een Wezen van Licht. En aldus BEN Ik."