God zei:

Ja, je hebt gelijk. Ik wil iets tegen je zeggen. Iets wat Ik al een hele tijd wilde zeggen, maar waarvoor je nog niet klaar was het te horen. Vandaag ben je dat. Of als je dat niet bent, dan is het klaar of niet.

Ik wil zeggen dat je niets belangrijks te doen hebt. Ik zei niets, niet iets.

Is dat een teleurstelling of een opluchting?

Je hebt niets belangrijks te doen.

Je hebt iets belangrijks om te zijn en dat is wie je op dit moment bent, niet zoals iemand anders en niet zoals iemand die anders is, maar jij zoals je op dit moment bent. Want op dit moment ben je alles wat je bedoeld bent te zijn. En dit is wat je voor jezelf en voor de wereld ontkent.

Je verloochent je oké-heid.

Je verloochent je tegenwoordigheid.

Je verloochent jouw aanwezigheid in het ontwerp van de dingen.

Er is niets wat je moet doen, behalve een ontvanger te zijn van Mij. Dat is jouw taak. Dat is jouw opdracht. God te horen. Niet dat God jou hoort, maar dat jij God hoort.

Zie je wat een omschakeling dat betekent in jouw bewustzijn? Jij bent hier voor Mij. Je hoort voor Mij. Niet voor jezelf, maar voor Mij.

Betekent dat dat de rollen worden omgedraaid? Nu weet je waarvoor je hier bent. Je had het verkeerd begrepen en nu heb je diep inzicht. Inzicht is een basis. Nu heb je een basis van Waarheid.

Jij bent Mijn sentiment. Ik niet dat van jou.

Jij bent Mijn volger. Ik niet die van jou.

En toch volg Ik jou overal.

En de tijd komt dat je Mij hoort. En die tijd is gekomen. Het is vandaag. En je pakt jezelf op en je volgt Mij regelrecht naar de Hemelen waar je altijd thuisgehoord hebt. Nu weet je hoe. Nu weet je hoe naar Mijn roep te luisteren en je weet hoe hem te beantwoorden.

Zeg gewoon: “Vader, ik kom naar U toe. Ik geef aan U gehoor. Ik luister naar Uw roep en dat is hoe ik U hoor. Ik luister.

“Vader, U hebt altijd naar mij geluisterd. U hebt mijn kinderklachten gehoord. En nu heeft U mij ingewijd in het bewustzijn van Uw Wil en door Uw Wil heeft U mij voor U gebracht. Ik sta vandaag voor U. Deze dag sta ik voor U. Hier ben ik”.
Voel je Mij pal voor je?

Voel je Mijn blik op jou?

Laat nu jouw ogen die van Mij ontmoeten want zo zijn Wij bedoeld te zijn. Jouw blik en Mijn blik. Jouw leven en dat van Mij. Jouw dromen en Mijn dromen, Eén. Mijn hart en jouw hart, Eén. En dus kan jouw hart slechts vreugde vasthouden, want zoals Ik ben, ben jij. Jij aanschouwt Mij. Je bent niet verplicht aan Mij. Jij aanschouwt Mij en je wenst aan Mijn boezem te worden gehouden en je wenst Mijn hart Eén met dat van jou te horen kloppen, en dat doet het ook. En dat doet het. Jij bent de Mijne.